Informatie: Fokker F-28 Fellowship

Voor het project Operatie Schaal (OS 94) werden wij gevraagd een Fokker F28 Fellowship te maken op een schaal 1 : 10. Dit was voor ons  een hele nieuwe uitdaging. Een uitstekende maatschets van Fokker  was de basis voor de tekening van het model.  We waren het er over eens dat het  een romp moest worden in GFK.  Ervaring met mallen voor onze eigen modellen (Laser 200, Diablolo, etc) hadden we wel maar een positieve mal (plug) maken voor een romp van 3,0m was heel iets anders. We kozen voor een basis materiaal van roofmate. Ronde schijven werden op een ronde buis geschoven en gelijmd. De neus werd ook geplaatst en in de vorm geschuurd  evenals de staart en de aanvorming voor het stabilo.
De gehele romp werd daarna voorzien van 2 lagen glasmat om een harde plug te krijgen.
Het geheel werd later voorzien van een dikke laag primer en werd waar nodig nog iets geplamuurd. Nadat het geheel glad geschuurd was werd de plug in een 2K lak gespoten.
Daarna werd de plug gepolijst en voorzien van een loswas. De plug was nu klaar om er een negatieve vorm van te maken. Dezelfde procedure werd gedaan met de motorgondels en nog een aantal andere onderdelen.
Toen ook de negatieve vormen gereed waren konden we onze eerste producten lamineren.
Voor de constructie van de vleugel hadden we gekozen voor een tempex kern ingedekt met balsahout. Met epoxy werd, onder vacuüm, de vleugel gelijmd. Enige versterking van glasweefsel tussen de tempex en de balsabedekking zorgden voor een sterke vleugel. Rolroeren en flaps werden  aangebracht. Op dezelfde manier werd het stabilo gemaakt.
Motorgondels werden aan de romp gemaakt en voor de remklep achter in de romp werd een constructie bedacht. Het landingsgestel werd gekocht bij Hawe.
Voor de voortstuwing  zou een impeller dienen maar deze was te groot voor de motorgondel. Er werd gezamenlijk besloten 2 x 10 cc motoren met propellers te gebruiken. Helaas,  was op dat moment geen andere optie. (tegenwoordig bezit onze F28 2 kleine turbines). Het gehele model werd in de kleuren van de KLM Cityhopper gespoten en voorzien van de nodige stikkers en belettering. Het invliegen was in mei 1993 op Soesterberg.

Voor ons was dit een spannend moment. Nog nooit hadden we een airliner gebouwd laat staan gevlogen.
Het model  maakte een uitstekende vlucht en we waren blij dat dit project zo was geslaagd.
Een aantal weken later werden we uitgenodigd het model naar de windtunnel te brengen.
Het model werd getest op overtrekken bij een langzame vlucht tijdens een landing.
Er werden proeven gedaan en werden wollen draadjes op de vleugel geplaatst.
De uiteindelijke conclusie was dat dit model met een redelijke lage snelheid kon worden geland zonder dat we bang moesten zijn dat het model werd overtrokken.
Bij deze proeven waren we aanwezig  en werden we geïnformeerd hoe het een en ander verliep. We waren zeer onder de indruk van wat we daar allemaal hebben waargenomen.

vak7

 

 

 

 

 

 

 

 

Model onderste boven in de windtunnel op het NLR – Nationaal Lucht- en Ruimtevaartlaboratorium.

 

undefined

Low speed approach tijdens een oefendag op luchtmachtbasis Deelen. Flaps neer, speedbrakes uit. Uit windtunnel testen bleek dat het model zeer langzaam kan vliegen.

Op dit moment anno 2015 vliegen we er regelmatig mee op ons veld in Veendam. Het model is inmiddels 23 jaar oud.